Sofie Smulders
Sofie Smulders Dossier 18 mei 2018
Leestijd: 4 minuten

Bach in de buitenlucht: kippenvelgevoel is hetzelfde

Buitenlucht, biertje in de hand, jonge mensen om je heen en een cellosuite van Bach op de achtergrond. Klassieke muziek hoort echt niet enkel meer thuis in concertzalen. Ook deze muziekstroming leent zich prima voor festivals.

„Ik heb niet echt mensen hard zien gaan”, lacht Micha Windgassen (28) die sinds een paar jaar vaste bezoeker is van het klassieke muziekfestival Wonderfeel. „Nee, zonder grappen. Het is allemaal iets rustiger, meer ontspanning, lekker in de natuur. Je maakt er echt een dagje van en komt anders thuis dan na een dag feesten op bijvoorbeeld een housefestival.”

Micha Windgassen

Wonderfeel

Even ter illustratie: Wonderfeel vindt plaats op Schaep en Burgh in ‘s-Graveland, een 25 hectare tellend natuurgebied van Natuurmonumenten met zeven podia, waarvan er zes geprogrammeerd zijn met muziek en een met poëzie. „Het was direct het plan om het concept van een popfestival te kopiëren”, vertelt Tamar Brüggemann, samen met Georges Mutsaerts oprichter van Wonderfeel. „Van middeleeuwse muziek tot minimal, van solo tot symfonieorkest. We hebben meer dan 130 optredens in drie dagen en komende editie ook voor het eerst moderne dans en literatuur. Als je van podium naar podium loopt, kom je allerlei rollende keukens tegen en wandel je over een heerlijk groen festivalterrein.”

Dit jaar zet de organisatie van Wonderfeel voor het eerst een pendelbus in die vanuit Amsterdam naar ‘s-Graveland rijdt, speciaal voor de jongere doelgroep die voor het eerst naar een klassiek festival gaat. Brüggemann: „Het is natuurlijk lekker makkelijk om na het laatste concert de bus in te rollen en quasi thuis te worden afgezet.”

Wonderfeel

Juist voor die mensen is de festivalvorm uitstekend gevonden. Brüggemann: „Het stijvere imago van klassieke muziek is toch nog soms een drempel voor nieuwkomers, terwijl dat helemaal niet nodig is. De laatste jaren omarmen ook popfestivals klassiek, dat zegt toch genoeg. Sinds dit jaar werken we zelfs samen met Welcome To The Village: een Afrikaanse artiest staat eerst op Wonderfeel en de dag erna op het popfestival in Leeuwarden. Met zo’n vrij festivalformat maak je de beleving van klassieke muziek losser: luisteraars kunnen namelijk als ze willen weer verder lopen naar het volgende podium. Op die manier kun je drempelloos van verschillende muzieksoorten proeven.”

Klassifest

Olga Mouret, die met Milena Haverkamp Klassifest opzette, een festival met bite-size klassieke muziek in de Amsterdamse poptempel Paradiso, beaamt dit. „Er zijn allerlei stigma’s rondom klassieke muziek. Wat ik bijvoorbeeld bij mijn vrienden merk, zij zijn net als ik rond de 30, is dat ze het vooral lang vinden duren en vinden dat ze er geen verstand van hebben. Terwijl klassieke muziek zo divers is! Van Beethoven tot Andriessen: er zit echt wel iets tussen wat je mooi vindt. Dit jaar hebben we 90 muzikanten op een avond.”

Liefhebber van elektronische muziek Bastiaan Bakker (30) is twee keer naar Klassifest geweest. „Voor mij is het een mooie toevoeging aan de muziek waar ik dagelijks naar luister. Ik ben wel opgegroeid met klassieke muziek – mijn ouders luisteren het ook veel – en ik vind het gigantisch mooi, maar privé luister ik het vrijwel nooit. Alleen Canto Ostinato zet ik 4, 5 keer per jaar aan.” Dus staat hij ook dit jaar met vrienden in Paradiso. „Het idee dat je daar met een groep gelijkgestemde 20- en 30-ers staat, vind ik heel tof. Je deelt de liefde voor muziek: of dat nu bij een bekende dj op Pleinvrees is of een ensemble dat een mooi stuk live opvoert op Klassifest, de vorm van kippenvel is hetzelfde en de biertjes zijn allemaal van Heineken.”

Bastiaan Bakker

Windgassen – die ook naar Lowlands, Pitch en Wildeburg gaat – stond de eerste keer Wonderfeel nog naast haar moeder op het veld, vorig jaar nam ze een vriendin mee. „Het is laagdrempeliger dan in de concertzaal, waar ik ook weleens kom. Er wordt soms een beetje gepraat, wat ik voor de verandering wel eens fijn vindt. Het is een makkelijke manier van klassieke muziek consumeren.”

Klassifest Foto: Don Crusio

Niet alleen voor nieuwe bezoekers, ook voor de artiesten is een festival met een wat minder voor de hand liggend publiek even wennen. Mouret: „Het is voor muzikanten heel spannend, omdat ze veel vaker voor een zittend publiek spelen. Je merkt echter dat als er iets gespeeld wordt dat aanslaat, het kippenvelgevoel ontstaat dat je ook in het concertgebouw hebt. Wij programmeren ook klassieke muziek op Down The Rabbit Hole, daar gebeurt dat ook, het gevoel is overal hetzelfde.” Die wisselwerking tussen publiek en artiest vindt Bakker prachtig. „Ze zijn niet zo gewend aan geroezemoes, geklap en gejoel en dat gebeurt wel in zo’n setting. Het is een manier om naar klassiek te luisteren anno 2018.”

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.