Marieke van der Voort Nieuws 20 mrt 2015, 06:16

Leestijd: 1 minuut

Bodemexpert vreest voor xtc in drinkwater

Het gebrek aan eenduidige afspraken over het saneren van dumpplekken van xtc-afval is een gevaar voor de volksgezondheid en het milieu. De kans bestaat zelfs dat de chemische troep in ons drinkwater terechtkomt en dat landbouwgrond wordt besproeid met vervuild water.

Dat zegt Twan Hoeijmakers, bodemadviseur bij LievenseCSO, een advies- en ingenieursbureau op het gebied van infrastructuur, water en omgevingsvraagstukken.

Dodelijk

Het chemisch afval dat ontstaat bij de productie van drugs, kan volgens Hoeijmakers voor allerlei problemen zorgen. „Als je te dicht bij een dumpplaats komt, kun je giftige dampen inademen, die dodelijk kunnen zijn. Bijtende stoffen kunnen bij aanraking brandwonden veroorzaken. Als vervuild grondwater niet grondig genoeg wordt gezuiverd, is het ook aannemelijk dat mensen ziek worden van drinkwater.”

Beleid

De problemen zijn het grootst in Noord-Brabant en Limburg. De natuur heeft het in deze provincies bovendien soms onnodig zwaar te verduren, volgens Hoeijmakers door het ontbreken van een landelijk beleid.

„De politie, brandweer en milieudiensten werken niet altijd volgens vaste protocollen. Een gemeente heeft een tijdje terug nog vaten vol chemisch afval over de grond gesleept in plaats van deze af te laten voeren door een verwerkingsbedrijf dat de vaten optilt. De omvang van de bodemverontreiniging is daardoor verdrievoudigd.”

Gestructureerd

Om het gevaar te beperken, is een landelijk gelijke aanpak vereist, benadrukt Hoeijmakers.

„Dan kun je gestructureerder aan de slag. Zo kun je ervoor zorgen dat een dumpplaats na een melding altijd meteen wordt afgezet voor burgers, dat er bij de afvoer van chemicaliën speciale containers worden gebruikt en dat het chemisch afval sowieso in een depot van een erkend verwerkingsbedrijf terechtkomt. Ook kun je dan afspreken dat altijd grondig wordt onderzocht of er chemicaliën in aanraking zijn gekomen met het grond- of oppervlaktewater.”