Elfie Tromp
Elfie Tromp Opinie 11 okt 2018
Leestijd: 2 minuten

Ik vertrek, voor de mensen die blijven

Ik ben een laatkomer op het feestje dat Ik vertrek heet, maar ben inmiddels een trouwe terugkijker geworden. De kracht van het programma, waarin stelletjes vol goede hoop een nieuwe toekomst proberen op te bouwen in het buitenland, komt deels uit het welbekende leedvermaak. Ik vertrek heeft de klassieke catharsis van een tragedie of horrorfilm; door de ellende van anderen te zien, hoef ik die zelf niet meer te voelen en leef ik na een aflevering opgelucht en een stukje tevredener over mijn eigen leven verder. Mooi geen minigolfbaan voor mij op Bonaire! Ik blijf waar ik blijf, met mijn stromend water en raspatat verkrijgbaar op elke straathoek.

De deelnemers willen vaak campings of authentieke Bed&Breakfasts oprichten op onheilzame plekken. Het is opvallend hoe mensen het hotelbestaan idealiseren. Alsof badkamers dweilen, eieren pocheren en rekeningen opmaken, ontspannend is. Om hun droom te verwezenlijken, werken ze zichzelf eerst het schompes in Nederland om de zak met spaarcenten aan te vullen en die uit te strooien op een godverlaten plek. Het liefst ergens op een berg in de schroeiende zon.

Waarom geen van de deelnemers inzien dat het geringe aantal zonuren in Nederland niet het probleem is van hun permanente opgefokte en doorgedraaide gevoel, maar het systeem waar we in leven, laat zien hoe succesvol gecamoufleerd het is. Het is het neoliberale ideaal dat ons voorhoudt dat als je maar hard genoeg werkt, je succes hebt en het holt ons uit. Het idee dat we op elk vlak van ons leven een succes moeten zijn, laat ons voortjakkeren.

In Ik vertrek zien we hoe geliefden elkaar afkatten en meegesleepte kinderen jankend op Portugese basisscholen worden achtergelaten. Je kunt de deelnemers van Ik vertrek naïef noemen, maar je kunt je ook afvragen hoe slecht ze zich in Nederland gevoeld moeten hebben om dit allemaal te doorstaan en weigeren terug te gaan.

Een realistische opvolger van Ik vertrek zou een serie zijn die Ik blijf heet, waarin we gezinnen volgen die zich lusteloos de dagen doorslepen. We zien hoe ze eindeloos overwerken om hun pensioentekort te compenseren, zien alle uren die ze in de auto doorbrengen om hun kinderen van en naar pianoles te brengen en maken de repetitieve fitnessregimes mee waar ze zich aan onderwerpen, om zo slank als hun vrienden te blijven.

Ik denk niet dat het spannende televisie oplevert. De waarheid is dat het meeste leven watertrappelen is op de plek waar je het zwembad bent ingegooid. Een kwestie van boven water blijven, maar echt tegen de stroom in zwemmen, nee, dat lukt ons maar zelden.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.