En óf ik het warm heb!

Wanneer de zon Nederland eens in de zoveel tijd verwarmt tot boven de 30 graden celsius, brengt dat een hoop met zich mee. Niet alleen wordt er standaard een nieuwsitem over gemaakt met de eeuwig terugkerende beelden van mensen die op het strand liggen te bakken, ook worden er tropenroosters ingesteld, wordt er enorm veel geklaagd zoals het echte Nederlanders betaamt én krijgt een zekere groep vrouwen de standaard vraag: ‘Heb je het niet warm?’
Gesluierde moslima’s welteverstaan, waaronder ik. Nu, laat ik eens uitleggen hoe menig andere moslima’s en ik deze vraag beantwoorden. De vraag kan op verschillende manieren gesteld worden. Bezorgd, nieuwsgierig, afkeurend of vol onbegrip. Echter heb ik een automatisch antwoord ontwikkeld met de jaren, onafhankelijk van hoe de vraag gesteld wordt. Een antwoord dat wenselijk en tegelijkertijd geloofwaardig is. Hier komt ‘ie hoor:

Glimlach.
‘Hmm.’
‘Valt wel mee!’
Glimlach.

Valt het ook daadwerkelijk mee?
Laat ik je vertellen, met 35 graden allesbehalve. Het valt voor mij net zo min mee als voor jou. Ik heb het heet. Ik heb het bloedverziekend heet. Ik zweet zo erg dat zelfs mijn zweet, zweet. Aan het einde van de dag ben ik zo’n 3 kilo kwijt aan vocht. Ik heb het gevoel alsof ik levend gegrild word. Wanneer ik in de zon sta, ga ik bijna van mijn spreekwoordelijke stokje. Waarom ik dat niet gewoon zeg? Simpelweg omdat het nutteloos is. Het is eigenlijk te vergelijken met die momenten waarop een ander je beleefd vraagt hoe het met je gaat. In werkelijkheid gaat het beroerd, maar je zegt maar dat het goed gaat. Je weet namelijk heel goed dat zélfs als het de ander ook maar een klein beetje interesseert, het antwoord ‘het gaat vreselijk slecht met me’ waarschijnlijk tot een zeer ongemakkelijke situatie zal leiden. Daar rekent niemand op. De meesten hebben ook geen zin om een hulpverlenersgesprek met je te houden zodat je het licht weer ziet.
Hetzelfde geldt voor deze vraag. Ja, ik heb het warm. Maar dat is nu eenmaal zo. Het is niet alsof de ander zal zeggen: ‘Weet je wat meis, trek anders maar die hoofddoek en jurk uit. Lopen we even langs de Primark, kopen we een leuk shortje voor je en dan heb je het weer wat minder warm!’ en dat ik dan zeg: ‘Wat een ge-wél-dig plan!’ Waarna ik lachend alles uittrek. Het was ook niet vol te houden zo.