Onschuld

Krissie van den Broek 21 nov 2015

Het is officieel: hij is dood. De man die het brein achter de aanslagen in Parijs wordt genoemd, is er niet meer. Op social media lijkt het wel feest en wordt het overlijden van Abdelhamid Abaaoud alom bejubeld. Waar een paar dagen geleden Facebook nog overwegend blauw, wit, rood gekleurd was, duikt nu telkens een foto van deze vrolijk lachende jongeman op.

Ik moet denken aan zijn ouders. Zij verloren de zoon die ze zo lang geleden al kwijt waren geraakt. Ik vraag me af hoe zij zich voelen. Boos, om al het leed wat hij anderen heeft berokkend? Of verdrietig, om het kind dat zij nooit meer zullen zien? Voelen ze opluchting, frustratie of wanhoop? Of eigenlijk van alles door elkaar? En hoe zullen zij zich Abdelhamid herinneren? Als een monster dat ontelbare levens heeft verwoest? Of als het kleine jongetje, hún kleine jongetje, dat hij ooit moet zijn geweest?

Eens was hij namelijk nog niet schuldig. Zijn toekomst een onbeschreven bladzijde in een net opengeslagen boek. Misschien wilde hij wel brandweerman worden, voetballer, of leraar. Of droomde hij van een leven als astronaut of miljonair. Nu is hij gevonden, morsdood, doorzeefd met talloze kogels. Wat heeft hem zo boos gemaakt dat hij ervan overtuigd is geraakt zovelen kwaad te moeten doen? Voelde hij zich alleen, eenzaam, verstoten, benadeeld, kansloos of geïsoleerd?

Ik denk weer aan zijn ouders. Als ík het al niet snap, moeten al die onbeantwoorde vragen en vooral het niet weten waarom hun zoon deed wat hij heeft gedaan, hen ongetwijfeld in totale verwarring hebben achtergelaten. Zouden zij kunnen rouwen? Of is hun schaamte daarvoor te groot? Ergens hoop ik dat zij verdrietig dúrven zijn. Om het kleine jochie dat Abdelhamid vroeger is geweest. Om het jonge kereltje dat wellicht dol was op spelen met zijn favoriete autootjes, ontzettend hield van lekker hard buiten rondrijden op zijn fiets, en zijn papa en mama misschien wel elke avond met beide armpjes om hun hals stevig omhelsde voor het slapengaan.

Ik hoop dus dat zij durven huilen om de zoon, hún zoon, die zoek is geraakt op het moment dat hij zijn onschuld verloor. Geen enkele baby komt als dader ter wereld. Geen enkel kind fantaseert over een glansrijke carrière als moordenaar of terrorist. Ook Abdelhamid niet. Kinderen zijn onschuldig. Laten we, te allen tijde, dat gegeven koesteren. En waar we maar kunnen, proberen het te beschermen.