Met de handen op de rug

Ebanista 30 sep 2015

Met de handen op de rug.

Hij kijkt mij overrompelend aan met zijn guitige donkere ogen. ‘Opa, ik kom niet meer bij jouw trein kijken.’ ‘Zo Marck, dat is een hele beslissing, want jij vond het tot nu toe altijd een groot feest. Wat is er aan de hand, jongen?’
Even aarzelt hij, met een diepe zucht raapt hij zo te zien al zijn moed bijeen. Dan komt het hoge woord er uit: ‘Ik wil niet meer kijken, ik wil ook rijden, dat is veel leuker.’
Wat een assertiviteit voor een ventje van amper 4 jaar oud. Om zijn woorden kracht bij te zetten, slaat hij zijn armen over elkaar. Argumenten worden weggewuifd, hij blijft zonder aarzelen bij zijn standpunt: ‘Ik ben al groot. Ik kan heel goed aan knopjes draaien. Ik let altijd heel goed op. Als de trein kapot gaat, koop ik voor opa een nieuwe. Marck heeft heel veel centjes in het spaarvarken.’

Ja, en wat doe je dan als opa? Hoe zorg je ervoor, dat zo’n joch zijn enthousiasme voor treinen niet verliest? Dan opeens, in een flits, komt die oude Märklin-trein voorbij. Die moet ergens op zolder liggen. Als ik nu eens …….? ‘Marck, als jij de volgende keer komt logeren, staat er een verrassing voor jou klaar. Ik ga nog niet zeggen wat, maar het is heel bijzonder.’

Het onweer trekt over, het gezicht is weer een en al opklaring. Hij kijkt zelfs naar de rijdende treinen. Niet meer met de handen op de rug. Nee, hij houdt ze nu demonstratief over elkaar met de blik van een overwinnaar.

In de weken die volgen, wordt de inmiddels waarschijnlijk bijna antieke trein van de zolder gehaald. Het spul rijdt warempel nog na ruim 45 jaar. Wat poetsen en oliën doen wonderen. Als een speer ijlt de T3 met wagons over het ovaaltje, ’n vermakelijke aanblik.
Voor een paar euro’s schaft deze opa enkele heerlijk ouderwetse wissels en dito rails aan, zodat er een hondenbotje met inhaalbaanvak op een robuuste plaat gelegd kan worden. De trafo krijgt een ‘kleuterproof’ plekje, er kan gereden worden.

De deur vliegt open, Marck stormt naar binnen. Een kus kan er amper af, want de grote vraag: ‘Heeft opa de verrassing klaar?’ is van zijn lippen af te lezen. In de logeerkamer staat hij toch enigszins schuchter te kijken. ‘Is dit …….?’ ‘Ja knul, daar mag jij helemaal zelf mee rijden, maar ik doe het wel eerst voor.’ Vol aandacht volgt hij mijn verrichtingen en als het grote moment daar is, aarzelt hij toch nog even. Enige schroom moet overwonnen worden, voordat hij zich vol overgave op het spel stort. Zijn ogen glinsteren van blijdschap, een spontane ku